In 2019 verscheen mijn debuutroman Flardentango. Op het einde van het verhaal verhuist de moeder van hoofdpersoon Evelien naar een verzorgingshuis. Flardentango eindigt waar De Rode Toeter Brigade begint. In het hoofd van de oma van Tanneke is er iets ontploft. Zij komt in Rustelhof te wonen, een rusthuis dat Tanneke en haar vrienden niet voor niks Roestelhof noemen.
Zeven jaar woonde mijn eigen moeder in zo’n “rusthuis”. Als haar mantelzorger kwam ik veel problemen tegen, en ik heb evenveel suggesties gedaan om de situatie te verbeteren. Ik had mijn negatieve ervaringen kunnen verwerken in een vervolgroman op Flardentango. In plaats daarvan koos ik ervoor mijn debuut als kinderboekenschrijver te maken. De Rotobro’s van de De Rode Toeter Brigade krijgen in Roestelhof veel meer voor elkaar dan ik destijds in het verzorgingshuis van mijn moeder. Het vrolijke, soms hilarische verhaal van De Rode Toeter Brigade heb ik dan ook met veel plezier geschreven.
